De Steen der Voorouders en het Duivelsbed
De Steen der Voorouders / Pierre Haina (foto: megalithes-weris.be)
De omgeving van Wéris wordt vaak als het Belgische Stonehenge beschouwd door de aanwezigheid van talrijke dolmens en menhirs. Een van die grote, rechtopstaande stenen is de Hainasteen (Pierre Haina). ‘Haina’ zou een woord van Keltische oorsprong zijn en ‘Steen der Voorouders’ betekenen. Volgens de sage is er een schacht of portaal onder de steen die naar het middelpunt van de aarde leidt en waar de duivel ook gebruik van maakt.
Er was eens een molenaar die bij het riviertje de Aisne woonde. Op een keer was er niet voldoende water en de molenaar zag hoe de Hainasteen plots kantelt en de duivel er tevoorschijn kwam met een voorstel. Ten einde raad verkocht hij zijn ziel aan de duivel wanneer die in één nacht tijd een dam zou aanleggen. Dat laatste gebeurde en de duivel riep de molenaar. Maar er kwam alleen een hond aanlopen. De duivel werd razend en vernielde in een oogwenk de dam, waaraan hij de hele nacht had gewerkt. Om wat te bekomen ging hij uitrusten op het ‘Duivelsbed’ (Lit du Diable), een rotsblok in de vorm van een bed met een hoofdsteun. De overblijfselen van de dam zouden nu nog zichtbaar zijn, ten noordoosten van Wéris, op de plek Roche-à-Frêne.
Het Duivelsbed (Lit du Diable)
Sommigen beweren dat het ‘Duivelsbed’ een oeroud offeraltaar is. Zich op deze steen begeven zou ongeluk brengen. Zo zou er een jongetje ondanks het afraden van de gids toch op het Duivelsbed gaan staan zijn. Een dag later vernam de gids dat deze jongen al struikelend met zijn voorhoofd tegen een bank is gevallen met een afschuwelijke hoofdwonde tot gevolg. Een andere getuigenis vertelt over een schoolbus dat alle dienst weigerde zodra een bepaalde leerling opstapte, namelijk een jongen die even voordien op de beruchte steen had gezeten. Er wordt door sommige gidsen aangeraden om minstens zeven meter afstand te houden van het Duivelsbed.
De Hainasteen (Pierre Haina)
Deze steen wordt bij elke herfst-equinox, door de Wérisiens, opnieuw in de witte verf gezet. Naar verluid om te voorkomen dat de duivel door de galerij onder de steen naar boven komt om de omgeving te kwellen. De duivel zou een afkeer hebben voor wit, de kleur als symbool voor rein en onschuld. Vroeger zouden fenomenen als het aantreffen van dode kippen, ruzies en ziekte-uitbraken toegeschreven worden aan een bezoek van de duivel, die dan voor zonsopgang langs de schacht onder de Hainasteen terug naar de Hel was gevlucht.